De meeste mensen kennen het Kadaster als de organisatie die van al het vastgoed (grond en gebouwen) in Nederland registreert wie welke rechten heeft. Maar in de 11 kantoren, waarvan drie op de BES-eilanden, gebeurt nog veel meer. Naast de wettelijke taken voor het bijwerken van de Basisregistraties Kadaster en Topografie, beheert het Kadaster ook data en voorzieningen van andere organisaties zoals de WOZ en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Ook doet het Kadaster onderzoek op basis van data, deelt kennis, adviseert overheden en ontsluit de geo-data van Nederland via PDOK (Publieke Dienstverlening op de Kaart).

Tactiele kaart

Tijdens het werkbezoek kwamen dan ook vele onderwerpen aan bod. Zo heeft het Kadaster inclusie hoog in het vaandel staan en maakt tactiele kaarten voor visueel gehandicapten: topografische, voelbare kaarten met braille. Minister Keijzer vond het interessant om ook eens via deze kaart kennis te maken met de topografie van Nederland. Daarnaast kreeg de minister uitleg over de kansen die geo-informatie biedt voor onderzoeken naar bijvoorbeeld de nieuwbouwopgave in het Groene Hart en naar ontwikkelingen in de woningmarkt. Het Kadaster werkt ook mee aan programma’s als De Rijdende Rechter. Hierbij was er een mooi raakvlak met minister Keijzer te maken: zij is zelf advocaat 'burenrecht' geweest en is dus bekend met dit soort discussies.

Het Kadaster maakt ook interessante producten. De minister kreeg een toelichting op de ‘Topotijdreis’. Een reis door de tijd in kaarten, waarbij voor de gelegenheid werd ingezoomd op Volendam, de geboorteplaats van de minister. Deze kaart was eigenlijk een kadootje van Kadaster aan de samenleving. Maar de kaarten worden ook professioneel heel veel gebruikt, bijvoorbeeld voor bommenonderzoek. Ook het ‘Wijkpaspoort’ kwam aan bod, waarin iedereen allerlei relevante gegevens over een buurt kan vinden. Tot slot lieten de medewerkers de 3D basisvoorziening van het Kadaster zien, waar informatie in 3D bij elkaar komt.

Feiten op orde

In een nader gesprek stonden minister en medewerkers van het Kadaster vervolgens stil bij de noodzaak om feiten en cijfers onder de besluitvorming goed op orde te hebben. Data en informatie zijn belangrijk, bijvoorbeeld als basis voor digitale tweelingen, die besluitvormingsprocessen in de ruimtelijke ordening kunnen faciliteren.

Mona Keijzer: “Terugvallen op data en feiten is de kern. Bij het Kadaster ligt een schat aan informatie die we nodig hebben voor beslissingen in onze ruimtelijke ordening. Het is belangrijk om boven- en ondergrond bij elkaar te brengen in 3D en in digitale tweelingen. Dan kun je met elkaar veel beter zien wat er gebeurt.”

Feiten zijn ook steeds belangrijker in een minder stabiele geopolitieke situatie in Europa. Ter sprake kwam het belang van meer onafhankelijkheid van de Nederlandse digitale infrastructuur. Nederland is nu nog sterk afhankelijk van buitenlandse technologiebedrijven en dat is eigenlijk niet wenselijk. Het Kadaster werkt goed samen met veel betrokken partijen, ook in Europa, waar ons land vaak voorloper is op het gebied van data en infrastructuur. Conclusie was dat we best trots mogen zijn op wat hier samen is bereikt.